woensdag 13 mei 2020

Onzichtbaar voor de buitenwereld

Deze post schrijf ik om een licht te werpen op een kwetsbare groep. Omdat het een groep is die vaak vergeten wordt. Of die zelf niet durven te spreken. Ooit was ik één van hen...
Vandaag geef ik hen een stem. Vandaag durf ik het woord te nemen. Het leeft in mij en de voorbije weken is het duidelijk merkbaar dat het thema me wakker houdt. Soms zelfs letterlijk, door herinneringen die boven komen drijven en die zelfs voor pittige nachtmerries zorgen.


Once upon a time there was a girl
In her early years she had to learn
How to grow up living in a war that she called home
Never know just where to turn for shelter from the storm
~Christina Aguilera - I'm OK~


Altijd op mijn hoede, dat is de eerste omschrijving als ik aan vroeger denk. Dat is de benaming die ik aan mijn jeugd heb gegeven: vroeger. Het omvat alles en tegelijk niets. 
En neen, het was niet altijd kommer en kwel. We hebben ook echt fijne momenten gekend.
Toch kan ik me die nog moeilijk herinneren. Ze liggen verstopt onder een laag van angst, pijn en verdriet. Onmenselijk veel verdriet. Ze zijn ook vaag de beelden die nog steeds door mijn hoofd spoken. De emoties die ermee verbonden zijn die konden niet duidelijker zijn.
Ik ben er dan ook mee opgegroeid. 

De angst heeft ervoor gezorgd dat ik, al op vrij jonge leeftijd, vluchtroutes in mijn hoofd had uitgedokterd. Die gingen ervoor zorgen dat ik hulp kon halen, wanneer het ooit nodig zou zijn. Dat ik leerde hoe ik mezelf onzichtbaar moest maken, op de tippen van mijn tenen moest lopen en geen verkeerde woorden zou uitspreken. Als kind zag en hoorde ik veel. Wervelstormen van woorden en tsunami's van verwijten. Mijn huis was geen veilige thuis voor mij. De alcoholverslaving van mijn vader overheerst voor een groot deel mijn herinneringen. Als volwassene kan ik nu zien dat mij, als kind, geen schuld trof.
Toen zag ik het immers anders. Ik heb lang gedacht dat het aan mij lag. Als ik maar liever was... Als ik maar beter mijn best deed op school... Als ik maar luisterde naar wat er van mij verlangd werd... Misschien was ik dan wel goed genoeg... Misschien zou hij dan wel veranderen... Misschien werd hij dan niet zo snel boos... Misschien zou hij dan wel trots zijn op mij...

Ook al begrijp ik nu als volwassene, dat ik maar een kind was, toch dringt het besef ook door dat mijn jeugd mij ook getekend heeft. Het heeft mij gevormd tot de persoon die ik nu ben.
Ik vergelijk het soms met een weegschaal, die uit balans is gebracht. Langs de ene kant wegen de pijnlijke herinneringen door. Gelukkig heb je langs de andere kant ook positieve gedachten die me doorheen mijn jeugd zijn bijgebracht. Mijn moeder was, in de onveiligheid van ons huis, de houvast. Zij probeerde toen voor geborgenheid te zorgen. 
De plaats waar ik me het veiligst voelde, dat moet het huis van mijn grootouders zijn geweest. Daar brachten we genoeg tijd door om even op adem te kunnen komen. Terug opladen, terug gewoon even kind kunnen zijn. De warmte die ik van hen mee kreeg, die is onbetaalbaar. Dat besef ik nu maar al te goed. 

Als tiener kwam er ook woede naar boven, die ik dan niet eens tot uiting kon brengen.
Maar het was er wel, het borrelde in mij. Kwaad op de situatie, kwaad op de oneerlijkheid, kwaad omdat er niks werd gedaan dat mij zou verlossen van het onveilige gevoel. 
Ook kwaad op mezelf, omdat ik zelf de moed of het lef niet had om actie te ondernemen. 
Ik wou mijn mama en mijn zus niet in de steek laten. Ik had de gedachte gecreëerd in mijn hoofd dat ik ervoor kon zorgen dat zij veilig waren. Dat ik hen kon beschermen. 
Nu zie ik in dat dat niet eens mijn taak was. Zelfs op dat moment was ik nog een kind, ondanks het grote verantwoordelijkheidsgevoel.

Op mijn 19e (toen pas) is er een einde gekomen aan de onveilige situatie, want toen zijn we thuis vertrokken. Dat moment staat dan weer wel in mijn geheugen gegrift. Het universum had de jaren die daarop volgde fijne momenten in petto. En om één of andere reden, was het blijkbaar ook nodig om, met een paar stevige klappen, mij een ander pad op te duwen. Zo van die kleppers waarbij de grond vanonder je voeten wegzakt. 

Voor mezelf kan ik de klok niet terugdraaien en het onrecht uit mijn jeugd ongedaan maken. Zelfs dat is gebeurd met een reden, al is het vaak nog moeilijk om die helder te zien.
Ik kan alleen maar de weg leren vinden naar mezelf. Toestemming geven aan mijn innerlijke kind om te houden van de geweldige persoon die ze is. Haar leren zien wie ze écht is en haar zelfbeeld weer wat mooier maken. Dat ik eindelijk de kracht heb gevonden om dit alles neer te schrijven, is voor mij het teken dat het helingsproces kan beginnen. 

Dat alles naar boven is gekomen tijdens de corona-shizzle betekent veel voor mij. De voorbije weken gingen mijn gedachten vaak uit naar kinderen die nu geen veilige thuishaven hebben, die hun vangnet kwijt zijn, die geen ontsnappingsroute meer kunnen uitdokteren, die geen plek hebben om naartoe te vluchten... 
Het idee dat ik dit als kind had moeten doorstaan, de emoties die ik voelde opkomen... Die gaven de doorslag om hen een stem te geven!